Bewerkingen met breuken
Werk de volgende oefeningen uit.
Schrijf de tussenstappen op (bij de vermenigvuldiging enkel de uitkomst!). Schrijf geen spatie in je antwoord!
-5/8 + 5/6 =
4/8 - (-4/5) + (-3/4) =
2.(-1/4).2/3 =
-3/4.8/6.(-5/2).(-1/5) =
2/3 van 39 =
3/4 van -16 =
1/2:2/3 =
-4:2/5=
1/2 : 2 =
2/3 / 1/2 =